Van Hoefsmid tot Ploegenfabriek


Het kadaster uit 1832 toont een smederij in Maashees. 

We weten dat dan al twee eeuwen het beroep hoefsmid in de familie is.

Hoefsmid was een vitaal beroep: paarden waren de tractoren van die tijd en die moesten beslagen worden. Onze voorvader Joannes Mathias zal tijdens de periode van de Belgische afscheiding goed zaken hebben kunnen doen. Acht jaar lang waren er 206 soldaten en 162 paarden ingekwartierd in Maashees. Heel Brabant was een grote legerplaats van 1830 – 1838. 

De locatie, die wij kennen als “de Smis” is in 1862 aangekocht door Wilhelmus Hubertus Smits, hoefsmid, zoon van Joannes Mathias (roepnaam Matthijs) Smits en Petronella van Oyen, zijn eerste vrouw). 

Wilhelmus bouwt op het terrein een huis, een stal, een schuur en een smederij op. 

Geschiedenis van het bouwperceel en de bebouwing

 Wilhelmus Hubertus Smits is in 1863 gehuwd met Petronella Willems (1838-1876) en in 1881 met Joanna Hurkens. 

Wilhelmus Hubertus

Met Petronella krijgt hij 5 kinderen en met Johanne 2

In 1892 verbouwt Wilhelmus Hubertus het huis en koopt een stuk aangrenzend perceel er bij.

In 1909 vindt de volgende verbouwing plaats door de oudste zoon: Matheus Hubertus Smits* die inmiddels de zaak heeft over genomen.

*in de akte van 1928 wordt hij omschreven als: “Matheus Hubertus Smits, meester smid wonende te Maashees” Hij koopt in deze akte samen met Martinus Veldhuizen, Gerardus Geurts, Franciscus Bekkers en Rudolphus Roelofs percelen moeras, hakhout, bouwland en weiland in de gemeente Venray..

ervolg ontwikkeling perceel en bebouwing

De vergunning in het kader van de Hinderwet is dan aangevraagd

126.36 M.H. Smits, Maashees en Overloon, oprichten smederij met bezinemotor van 2 – 3 pk, 27-6-1927

Naam:M.H. Smits
Adres:pastedGraphic.png Maashees,
Gemeente:Maashees en Overloon
Oud adres:Wijk B 26
Kadastraal:Maashees ca. C 924
Omschrijving:oprichten smederij met bezinemotor van 2 – 3 pk
Datum:27-6-1927

Matheus is getrouwd met Maria Catharina Beeker (20.06.1869 – 16.02.1938) en zal 7 kinderen krijgen:

– Matheus was zowel Smid als boer en maakte zijn eigen kar, rijtuig, ploeg en egg. De kinderen hielpen buiten school mee op de akker en in de smederij* .

*citaat pap oftewel Joseph Martinus: “in den bouw moesten wij aren rapen en gerven of schoven aangeven voor de stromiet te maken. In de smederij blaasbalgtrekken als de banden van de karwielen gekort of vernieuwd moesten worden

Er is werk genoeg en regelmatig wordt er personeel gevraagd in de krant.

Dan komen langzamerhand de drie jongste zonen in het bedrijf en verandert de naam “M.Smits, mr Smid” in Fa.M.H.Smits & Zn. De oudste zoon Wim is in 1933 voor zichzelf een smederij begonnen in Holthees. 

De focus komt steeds meer te liggen op ploegen.

In verband met de automatisering is er een hinderwetvergunning nodig. Het document telt ca 7 pagina’s maar hier het belangrijkste:

In mei 1937 wordt er zowel een motor aangeboden als een auto !

We wisten dat de familie Bekkers in die tijd een auto had maar familie Smits ook?

Er is wel een document dd. 01.05.1939 van motorrijtuigenbelasting voor een motor op meer dan drie wielen, ingericht voor het vervoer van niet meer dan 6 personen, den bestuurder niet mee gerekend. Het geldt voor een DKW type limousine bouwj. 1937

In 1940 verkoopt de familie bezittingen in Velden

De oorlog vraagt om aanpassingen als materialen schaars worden. Alles gaat op de bon, zo ook ijzer, niet onbelangrijk voor een smederij. 

We kennen allemaal het verhaal dat Sjef een enorme partij prikkeldraad had verkocht aan de Duitsers en toen het niet geleverd kon worden (omdat de militairen zware verliezen leden en zicht terug trokken) de hele partij begroef achter de smederij.

Later is de partij verkocht aan de Nederlandse Staat.

Het bedrijf draait wel door tot 1944.

In 1944 brachten de geallieerden een betaalmiddel voor de geallieerden Duitsland in omloop. Het geld was niet voor civiele doeleinden bedoeld. Toch vinden we in de paperassen een exemplaar van deze “alliierte militairbehorde” Deze is nu ca € 28,== waard bij e bay.

De oorlog verwoest het huis en voor een deel de smederij. In een noodwoning gaat het bedrijf verder totdat in 1947 de herbouw begint waarvan de opening op 14 mei 1949. De zaak wordt inmiddels gerund door de zonen Sjaak (Jacobus), Sjeng (Johannes) en Sjef (Joseph) terwijl dochter Marie en zoon Sjaak in de nieuw gebouwde woning bij de smederij wonen. Beiden vrijgezel. 

Advertentie vor de heropening van het bedrijf na de oorlog
Jammer dat het mooie groene logo verdwijnt
In de plaats van het groene logo komt dit moderne. Inmiddels heeft het telefoonnumer 3 cijfers
Het nieuwe huis na de oorlog

Marie gaat trouwen en verhuist naar Velden, Sjaak gaat trouwen en verhuist naar Wanroy.

Sjef verhuist met zijn gezin in 1951 naar de zaak en blijft daar tot na 5 jaar Sjaak met zijn vrouw en haar 2 kinderen terug komt en weer in het “moederhuis” trekt.

Dat de oorlog niet vergeten is blijkt wel uit de verblijfsvergunning hieronder. Kennelijk werden de grenzen extra bewaakt. Dit ter herstel van de rechtstaat. In Siebengewald ging je makkelijk de grens over en de firma dreef handel met Duitse handelspartners. In de Staatscourant worden alle regels voor de invoerrechten vermeld.

In 1953 krijgt het bedrijf op aanvraag van Joseph Martinus een vergunning voor: 

  • de uitoefening van een kleinhandel in koffers en lederwaren op perceel B69 
  • het voortzetten van het rijwielbedrijf in perceel B69
  • het voortzetten van het smidsbedrijf en hoefsmidbedrijf op perceel B69
  • het voortzetten van het kachelsmidsbedrijf op perceel B69
  • het voortzetten van het elektrotechnisch reparateursbedrijf en kleinhandel in radio   artikelen.

In 1956 komt hier nog bij een vergunning voor het uitbreiden van het bedrijf met het gemotoriseerd rijwielbedrijf. Ook op perceel B69. 

B69 is het gezamenlijke perceel en Joseph Martinus woont daar dan. De documenten zijn door de 3 gebroeders bij het rode kruisje ondertekend. 

Er komen problemen met name rondom het gezamenlijk exploiteren van de winkel.

In 1957 wordt officieel vast gelegd wat voor gezamenlijk in de firma blijft en daarnaast, wat iedere partij voor eigen gewin mag ondernemen. 

Voor gemeenschappelijke rekening: 

“het smids-hoefsmids en kachelsmids-bedrijf, het electro-technisch reparateursbedrijf, het gemotoriseerd en niet-gemotoriseerd rijwiel reparatiebedrijf, de ploegen- en landbouw-werktuigenfabriek, de groot- en kleinhandel in landbouwwerktuigen en onderdelen daarvan, de groothandel in ijzerwaren”.

Voor eigen rekening

A. door Johannes Hubertus Smits (Sjeng)

1. de detailhandel in speelgoederen

2. de detailhandel in haarden en kachels

B. door Joseph Martinus Smits (Sjef)

1. de detailhandel in koffers en lederwaren

2. de kantoorboekhandel

3. de detailhandel in kleinmeubelen

4. de detailhandel in stalen meubelen en matrassen

C. door Jacobus Mattheus Smits (Sjaak)

1. de detailhandel in radio’s en radioartikelen

2. de detailhandel in rijwiel en rijwielonderdelen

3. de detailhandel in ijzerwaren en gereedschappen

4. de detailhandel in elektrische, gas, verwarming en andere apparaten

5. de detailhandel in huishoudelijke artikelen en bijouterieën

6. de detailhandel in glas, porselein en aardewerk

7. de detailhandel in electro-technisch materiaal en verlichtingsartikelen

8. de detailhandel in hengelsport en schaatsartikelen

9. de detailhandel in wasmachines

In de praktijk zou men het niet zo strikt nemen met deze afspraken.

Kadastraal wordt de boel ook weer aangepast

De samenwerking is niet perfect maar de zaken gaan door. Er zijn 3 vaste medewerkers in dienst: Fren (Frans) Jos en Johan.

Fren zal later een eigen bedrijf starten in Wanssum. Jos en Johan blijven tot……….

in vaste dienst. 

5 Gezinnen zullen nog zeker 20 jaar leven van de opbrengsten van het gezamenlijke bedrijf.

SjengenSjefopdelandbouwtentoonstellinginLiemde
Hoog, hoger, hoogst

In 1971 overlijdt Sjeng en gaat de familie Smits-Ponje uit de firma.

Op 1 januari 1975 wordt de firma ontbonden. Er is geen opvolger.

De waarde van de inventaris wordt getaxeerd op F. 15.100,==

De waarde van het vastgoed (werkplaats, berging, noodwoning) wordt getaxeerd op 

F 30.000,==

In oktober 1978 ontvangt Sjef de helft van de bedragen onder aftrek van de notariskosten, in totaal F 22.245,75.

Iedere paar jaar komt er een nieuwe brochure uit

Einde ploegenfabriek maar de handelscontacten liggen er nog en Joseph is niet te beroerd om vanuit zijn privé onderneming ijzerwaren te leveren. 

Toeleveranciers waren oa:

  • metaalwapenfabriek “Franeker” voor oa koebeugels, pinkebeugels, klaverbeugels, koebeugels, pinkebeugels
  • FEDERWERKE J.P. GREUEBER Hagen, voor oa kultivatorzinken mit Schar, schwarz lackiert und gebündelt
  •   HEINRICH SAUERLAND METALWARENFABRIK Straelen voor oa karabinerhaken
  •   Hejjens Ijzergieterij b.v. Tegelen voor oa vloerankers
  •   COEHORST B.V. Venlo voor oa voorhamers, zaagbladen, heggescharen, schoffel en krukstelen, pers.weegschalen
  •   van enckevort groothandel b.v. voor oa kunstschaatsen, TL buizen
  •   TH.BUSCHHAUS SOHNE & CO PFLUGERSATZTEILFABRIK Gevelsberg voor oa scharen
  •   SMITS HOLTHEES voor oa gesmede schoffels, ruitschoffels, landhakken, spade model Venlo, spade model Horst,